Van 1977 tot de jaren negentig
Dit deel beslaat de periode na het neoprof avontuur bij “De Onderneming” (1976) tot de jaren negentig van de vorige eeuw. Adrianus Kraan (geb. 1939) keerde in het seizoen 1977 terug bij de amateurs. Hij had veel opgestoken bij de profs, is harder in de koers geworden, heeft sneller moeten rijden en die ervaringen betalen zich uit in het amateurpeloton. Als oudere amateur boekt hij opvallende successen en ook na zijn overstap naar de “masters” (veteranen) behaalt hij bijzondere successen, zelfs op het wereldtoneel. Ook manifesteert hij zich als trainer, sportmasseur en ploegleider. Kortom, dit laat zien dat de ware sportman, ongeacht leeftijd, een interessant sportleven kan hebben.
Herstart bij de amateurs in 1977
In 1977 sloot Aad, tevens lid van de GRTC Excelsior, zich aan bij de kleine Goudse wielerploeg Wigo van de 28-jarige aardewerkfabrikant Hans de Wit, die zelf ook voor deze ploeg fietste. Verder Martin van Lexmond, Huib Tom en Gerrit van Nieuwpoort. Dit duurde twee jaar. Het team opereerde niet zozeer als een wielerploeg, maar het was meer sponsoring van een aantal individuen en Aad was blij met de sponsoring, want als je het wielrennen als topsport benadert (aan veel wedstrijden meedoet, met goed materiaal) kost dat veel geld en dan was de 1500 gulden per jaar plus kleding van Wigo, mooi meegenomen. Vanaf 1979 reed Aad onder de vlag van de WTC Woerden. Er heerste naar zijn mening bij de GRTC Excelsior in Gouda niet bepaald een topsportklimaat en na een meningsverschil over de indeling van de tijdritploegen A en B voor de Nederlandse kampioenschappen hield Aad het voorlopig bij Excelsior voor gezien, vandaar zijn overstap. Later rijdt hij ook nog bij De Volharding in Utrecht.
Aad was blij te zijn overgestapt naar de amateurs. Hij had de ervaring van zijn seizoen als neoprof voor geen goud willen missen, maar het bracht hem ook tot bepaalde inzichten. Hij had daar de ellende van jongens gezien, de mindere goden, die helemaal in dienst moesten rijden van anderen, de middelen die daarbij gebruikt werden om te kunnen presteren omdat die gasten er van moesten leven, het gekonkel waardoor de uitslag al van te voren vast stond. Hij noemt het voorbeeld van Wim de Waal, die 40 maal per jaar won bij de amateurs, maar bij de profs niet aan de bak kwam; ze stonden het niet toe.
Aad begint met de openingskoers van Excelsior op het clubparkoers Den Uitert te winnen, voor Jouvenaar (Sparta) en Jan Klomp (J. van Arckel). Verder wordt hij clubkampioen van Excelsior door in de eindsprint na 1 1/2 uur met vier lengten Arie de Groot te verslaan. Ze hebben een ronde voorsprong op Gerrit van der Ham, Martin Lexmond, Huib Tom en Hans Hofman.
Winst in Ronde van Zwijndrecht
Op 31 juli 1977 won Kraan zijn eerste koers na zijn profavontuur en wel de drukbezochte ronde van Zwijndrecht. Het Vrije Volk kopt: “De ouwetjes doen het nog best in Zwijndrecht”. Bovenaan pagina Sport 2, van maandag 4 juli 1977staat een rijtje foto’s. Links een foto van een juichende Aad Kraan, met als onderschrift: “Met nog geen handbreedte voorsprong drukt Arie Kraan zijn fiets voor die van Gerrit de Wit over de streep”. In het midden een foto uit de Tour de France; “Een van de dagelijkse drama’s in de Tour. De Spanjaard Lopez Carril is bij de ravitaillering van zijn fietsje geduikeld” en rechts een foto met als onderschrift: “Rangen en standen moeten er zijn. Ook tijdens de etappe tafelen grote jongens als Thevenet en Merckx gezamenlijk”. Aad vindt zoiets leuk, staan op een fotoserie met de sterren van de Tour. Eronder nog een grote foto van na de finish. Aad wordt geïnterviewd. De ondertiteling luidt: “Gerrit de Wit is haastig in een cafétruitje geschoten en kijkt nog boos. Arie Kraan begrijpt niet precies waarom”. Wim Weeda schrijft het volgende: “Gerrit de Wit was in Zwijndracht, waar met medewerking van de rennersclub De Mol Het Vrije Volk zaterdag de wielerstrijd om de Ola-prijs organiseerde, wél het paard dat de haver verdiende, maar hij kreeg die niet. Met nauwelijks een handbreedte verschil ging Goudse Arie Kraan als eerste over de eindstreep. Sneu was het wel voor de 36 jarige Gerrit, die in de eindsprint overtroefd werd door de 39 jarige Arie Kraan. Overigens wel een teken aan de wand en min of meer een bedenkelijke zaak, dat die twee, samen goed voor 75 jaar, de jongeren zo duidelijk de les hebben gespeld.” Uit deze eindsprint bleek Aad s’ toegenomen hardheid en slimheid. Door te weten waar de finish lag achter de laatste bocht, kwam hij er als eerste binnendoor in de slipstream van een motor van de organisatie en nam zo de kortste en snelste weg naar de streep en hield precies genoeg over. Uitslag amateurs, 96 km in2.27,52 uur. 1. A. Kraan; 2. G. de Wit (’s Gravendeel); 3. R. Tiggelaar (Zaandam). 4.T. Griep (Spijkenisse). Na de ronde van Zwijndrecht om de Grote Ola-prijs, de zestiende voor het VVV-klassement, is de stand. 1. G. de Wit 87 punten; 2.T. Griep 52; 3. J. Kettenis 43; 4. P. Versteeg 36 ; 5. A. van Houwelingen 28; 6. P. Franken en M. Huizinga 24; 8. W. van Steenis 22; 9. W. Bosch, G. Sintnicolaas en A. Kraan 21 punten. Een interview met Aad over die wedstrijd had als kop “ Aad Kraan geeft jeugd een lesje”. “Deze overwinning is voor mij een stuk erkenning”. Een erkenning die hem had ontbroken. Hij zei het niet, maar hij doelde ongetwijfeld op ploegleider Koos Rook van De Onderneming die hem aan het eind van het vorig seizoen aan de kant schoof. Waardoor voor Aad meteen een 1-jarig verblijf tussen de professionals werd afgesloten. Enigszins teleurgesteld (“omdat ik bij de beroepsrenners inmiddels aardig was ingeburgerd”) vroeg Kraan derhalve opnieuw een amateurlicentie aan om te bewijzen dat hij wel degelijk kwaliteiten herbergt. “Tot nu toe heb ik al zo’n twintig keer bij de eerste vijf gereden. In dat ene seizoen heb ik bij de profs meer hardheid opgedaan.”
Dit was één van de weinige malen dat Aad de klepper Gerrit de Wit om een eerste plaats wist te kloppen. De Wit, Nederlands amateur kampioen in 1963 en 17e op het WK van dat jaar, was prof van 1964 t/m 1967. Hij werd in 1964 25e in Parijs-Roubaix, dat jaar in een recordtijd gewonnen door Peter Post. Op het NK voor profs van 1965 werd hij achtste achter winnaar Jo de Roo. Ondernemer De Wit was bekend als één van de regelaars van het amateur peloton, die zelf ook heel vaak in de prijzen viel en er goed beleg op z´n boterham mee verdiende. Twee dagen na Zwijndrecht herstelt De Wit de orde door in Rotterdam Feijenoord te winnen, met Aad als vierde van de kopgroep van vijf. Andere ereplaatsen in de top vijf van Aad waren dat jaar onder andere: vijfde in Poeldijk, vierde in Made (winnaar Arie Versluis), vierde in Lekkerkerk (“Bik-festival”), vierde in Smitshoek (winnaar Pim Bosch), tweede in Hoeven, derde in Utrecht
In het regelmatigheidsklassement van Zuid-Holland van het Rotterdamsch Nieuwsblad wordt Aad Kraan tweede achter Gerrit de Wit. Eindstand: 1) Gerrit de Wit (’s Gravendeel) 634 punten, 2) Aad Kraan (Gouda) 386; 3) Gerrie St Nicolaas (Dordrecht) 367; 4) Ton Griep (Spijkenisse), 5) Joop Kettenis (Den Haag) 310; 6) Gerrit Pronk (Scheveningen) 261; 20) Martin Huizinga (Gouda) 146 en 22) Arie de Groot (Gouda) 144.
Het Wielerblad, dat constateert dat het aantal profs met 23 is teruggelopen naar 69, heeft een klassement opgemaakt over alle 518 amateurwedstrijden georganiseerd in Nederland. De eindstand hier is: 1) Gerrit Mohlman 1008 punten; 2) Bas van Lamoen 1002; 3) Adri van Houwelingen 989; 4) Anne Koster 881; 5) Herman Snoeijink 806; 6) Leo van Vliet 767; 7) Wim de Waal 753; 8) Gerrit de Wit 723; 9) Piet Hoekstra; 10 Ad Prinsen 711; 11) Peter Pennekamp 705; 12) Jan Spijker 679; 13) Pim Bosch 671; 14) Bennie Groen (670); 15) Piet van der Kruijs 665; 16) Arie Versluis 664; 17) Joop Kettenis ; 18) Aad Kraan 627; 19) Henk Mutsaers 626; 20) Thijs Fase. Aad was dus één van de beste 20 amateurs van Nederland, waaronder 7 oud-profs en 3 toekomstige.
1978
Ook in 1978 gaat Aad door met het behalen van ereplaatsen. Hij wordt derde in de Haagse amateurkoers, achtste in Zoetermeer, twaalfde in Moerdijk, in één paasweekeinde vierde in Heerjansdam, vijfde in Helmond en zesde in Dodewaard, derde in Waddinxveen, vijfde in Rijen, zevende in Oud Rijswijk, tiende in Stolwijk, veertiende in Roosendaal.
In het VVV-regelmatigheidsklassement van Zuid-Holland eindigt hij als vierde achter Gerrit de Wit, Ton Griep en Joop Kettenis en vóór kleppers als Leen den Hartigh, Adrie van Houwelingen, Arie Versluis, Pim Bosch en Ger Mak.
In het clubklassement van de GRTC Exceslor over de resultaten in de Nationale wedstrijden won Aad de eerste prijs met 535 punten voor Arie de Groot met 325.
1979: winst op verjaardag
Op zijn 41e verjaardag (11 juni 1979) wint Aad Kraan de Ronde van het Oude Noorden. Hij reed de 80 km in 1.54.25. 2e) Peter Godde (Hulst), 3) Martin Huizinga (Gouda); 4) Peter Grootegeld (Rotterdam) en 5) Barend Huveneers (Amsterdam).
In dit jaar wint Kraan ook de wielerronde van Goor op31 juli 1979. Er ontstond een afscheiding van vier renners uit een kopgroep van 19 en Aad zette zich van ver aan de leiding en stond die vervolgens niet meer af. Uitslag: 1) Aad Kraan; 2) Peter Steyn (Wierden); 3) Leo Holleman (Emmen); 4) Bram van der Stelt (Silvolde); 5) Arie Hassink (Neede) en 6) Gerard Veldscholten (Oldenzaal). In de ronde van Kralingen, waar de prijzen uitgereikt werden door de flamboyante Henk Zon, de voorzitter van de betaalde club Excelsior, werd Aad tweede achter Ad Prinsen en voor 3) Pim Bosch, 4) Leen den Hartigh, 5) Gerrit de Wit, 6) Ton Griep en 7) S. Fleetwood. In de eveneens voor het HVV-klassement meetellende Ronde van Schiedam werd Aad derde, achter Martin Taverne (Amsterdam), 2) Johan Kuyken (Breda) en voor latere (baan) prof René Kos. Arie de Groot uit Gouda werd zesde.
In het regelmatigheidsklassement van het RN over Zuid-Holland eindigt hij als derde.” Opmerkelijke derde in het RN-klassement is good-old Aad Kraan”, schrijft het Rotterdamsch Nieuwsblad. 1) Pim Bosch 483 punten, 2) Harrie de Boer 413; 3) Aad Kraan 377; 4) Bram Jouvenaar 359; 5) Arie Versluis (332), 6) Gerrie St Nicolaas 329.
Tevens wint Aad de Herwerdentrofee van de GRTC Excelsior, een regelmatigheidsklassement . Aad heeft 792 punten, 2) Martin Lexmond 217, 3) Hans Hofman 201 en 4) Lia de Gier 154.
De jaren tachtig
In dit decennium vindt de geleidelijke overgang plaats van de amateurcategorie naar de veteranen, vaak afwisselend. Maar in het begin wordt nog volop gepresteerd in de amateurcategorie. In 1980 wordt hij derde tijdens het Zuid-Hollands kampioenschap veldrijden in Kijkduin. In 1981 schrijft de bekende wielerjournalist Charles Ruys in het blad van de KNWU onder de kop “Aad Kraan een kraan” het volgende artikel. “Aad Kraan uit Gouda is een kraan van een vent. Luister maar: deze man is geen piepjong ventje meer, hij is n.l. 42 jaar. Toch rijdt hij nog steeds volop mee bij de amateurs alom in het land. Dat doet hij niet voor spek en bonen, want gedurende het pas afgesloten seizoen reed Kraan niet minder dan 70 maal (ja zetter: zeventig maal) prijs!! Daartussen zat zelfs nog een overwinning ook, namelijk in Noordwijkerhout. Dit verhaaltje wordt nog aardiger als we vermelden dat Aad Kraan al geruime tijd gepest werd door een hernia. Daar dient hij aan geopereerd te worden, doch dit stelde hij uit tot na het wegseizoen. Want hij vond het voor zichzelf leuk en nodig om zeventig keer prijs te rijden…. Het lijkt goed om deze man als voorbeeld te stellen. Vooral aan slappe gasten, die liever piepen dan afzien. Aad Kraan, we wensen je een spoedig herstel toe na je operatie.“
Oudste Nederlandse winnaar amateurkoers
Dat was inderdaad een aparte overwinning in Noordwijkerhout in 1981, omdat Aad daarmee de oudste Nederlandse renner werd die in de amateurcategorie een koers won. Onder de kop “ Aad Kraan kan het nog” wordt gemeld dat hij als deelnemer van de kopgroep in de laatste meters de concurrenten, die teveel oog voor elkaar hadden, verraste. Aad bleef daardoor erkende prijsrijders als Henk Mutsaers, Jan Klomp, Cor Bijnen en Dries van Wijhe voor. In Nieuwkoop was Aad er nog een keer dichtbij, want in de kopgroep van negen man moest hij alleen de snelle Pim Bosch voor laten gaan. Hij bleef wel kanjers als Ton Griep, J. Roozenburg en Bert Zaal voor. Martin Lexmond uit Gouda werd tiende. Het was een zeer sterk seizoen.
In 1982 werd hij derde in de 14e Ronde van Kamerik achter de later zo bekende baanwielrenner en coach Peter Pieters en Michel Meere.
In 1984 werd Kraan derde tijdens het Nederlands kampioenschap cyclocross in Oldenzaal. Hij was toen 45 jaar en fietste alleen nog bij de veteranen. In dat jaar werd hij ook derde in de Ronde van Zoetermeer in de categorie veteranen/liefhebbers achter G. Plieger (Ameide) en R. Bakker (Haarlemmermeer).
In de Rijn en Gouwe van maandag 2 juli 1984 staat een artikel over Aad Kraan onder de kop “Aad Kraan, al 27 jaar op de fiets”. Een volledige pagina, die werd volgeschreven door Rien van Vliet en Harry Luitwieler over de “6 van Rijn en Gouwe”, een wedstrijdenreeks van profs tijdens de Tour de France, waarbij ook een etappe in Gouda werd verreden. In de rubriek “mensen in de “6”, werd Aad als volgt aan de tand gevoeld. “Het wielrennen is de 45-jarige Aad Kraan met de paplepel ingegoten. De opmerkelijk vitaal ogende Kraan maakte na een lidmaatschap van 25 jaar bij de Goudse Wielerclub Excelsior de overstap naar WTC uit Woerden. Hij oogstte veel successen bij Excelsior, maar besloot toch van omgeving te veranderen. Aad Kraan: “In 1957 ben ik met wielrennen begonnen bij de nieuwelingen. Dat waren toentertijd slechts een paar wedstrijdjes, want er werd niet veel georganiseerd.” Een meningsverschil over de selectieprocedure voor het nationale kampioenschap tijdrijden in Dronten was de oorzaak van zijn vertrek bij Excelsior. “Er ontstonden problemen over de samenstelling van een A- en B-groep. Ondanks het feit dat er een vergadering werd uitgeschreven, was alles al beklonken.”
Pakhuis“Ik ben nu voor het vijfde jaar lid van de WTC uit Woerden. Hoewel ik de meeste jongens natuurlijk van het wielrennen ken, voel ik me er een kat in een vreemd pakhuis.” Toch betreurt Aad Kraan zijn exit bij Excelsior. “Ik heb te impulsief gehandeld. Hoewel ik er van overtuigd ben dat ik in het belang van Excelsior gehandeld heb. Men verweet mij een fanatisme. Maar ik geloof dat je dat moet hebben om tot resultaten en prestaties te komen. Dat botst dan wel eens met de gevestigde meningen van (club)bestuurders.”
Diploma
Vorig jaar volgde Aad Kraan een cursus van de KNWU. “Gelijk met Gerrie Knetemann zat ik op die cursus. Eind 1983 heb ik mijn diploma behaald. Ik ben nu bevoegd trainer.” De veteraan, die in 1972 reeds een jeugddiploma haalde, mag van hoog tot laag trainen. Aad Kraan: “Ik heb gesolliciteerd voor een baan als districtstrainer. Dat gebeurde in maart. Ik heb nog geen enkel antwoord gekregen.” Op zijn minst een weinig elegante zaak die de bestuurders van de KNWU niet siert. “Dat verleden bij Excelsior schijnt me nog steeds te achtervolgen”, aldus een Aad Kraan die zich beslist niet rancuneus wil opstellen. Op het ogenblik heb ik in Woerden zes jongens onder begeleiding en één dame, Willy van der Meer.” Het grote werk moet voor Aad Kraan nog volgen. Als wielrenner kan hij terugblikken op een rijke carrière. “Drie weken geleden was een hoogtepunt voor mij. Toen behaalde ik mijn 1500 ste prijs.” Een unieke prestatie van een renner in zijn nadagen.
Fout
Aad Kraan: “Het eerste wat ik mijn jongens leer, is om niet te impulsief te zijn. Dat is mijn grootste fout geweest, dat besef ik terdege.” Succes Aad met je trainersloopbaan.”
Eén antwoord op “Aad Kraan Deel III”