Door Jean-Philippe van der Zwaluw
(Eerder gepubliceerd in Nieuwsbrief 112, oktober 2020, van de Historische Vereniging “Die Goude”)
Een sobere grafsteen op de Oude Begraafplaats aan de Prins Hendrikstraat blijkt een vrijwel onbekend stukje Goudse (sport)historie te verbergen, met dank aan beheerder Koos Massar. Het is de zerk van Lubertus Enicus Beszelzen, in de jaren tachtig van de negentiende eeuw dé grote troef van de Goudsche Zwemclub (GZC) en in één jaar zelfs officieus kampioen van Nederland. Zijn familienaam komt nu niet meer in Gouda voor, maar eind negentiende, begin twintigste eeuw zijn de Beszelzens vanwege hun bakkerszaak ruim zestig jaar een begrip in de stad.
Vader Bessel Beszelzen, geboren op 4 februari 1838 in Maarssen in een familie van bakkers, zorgt er in eerste instantie voor dat Gouda deze – voor velen moeilijk te spellen – naam gaat kennen. Hij trouwt op 13 april 1864 met de weduwe Sophia Bokhoven, geboren op 18 augustus 1829 in Gouda, en neemt een brood-, banket- en kleingoedbakkerij op de Gouwe C 66 over. Het paar krijgt drie kinderen: Lubertus Enicus (geb. 4 januari 1865), Jacoba Maria (1866) en Maria (1868 of 1869). Zoon Lubertus gaat in Gouda naar school en helpt in de bakkerszaak van zijn ouders. Maar hij is ook een enthousiast zwemmer, en als in 1886 de GZC wordt opgericht, meldt hij zich meteen aan.
Al snel blijkt hij een begenadigd zwemmer. Bij de eerste stedelijke zwemwedstrijd van Gouda op 26 juli 1886 wint hij de 1e prijs bij het 80 m buikzwemmen en het 2,5 m duiken, de 2e prijs bij het 40 m rugzwemmen en de ereprijs voor de overall beste prestatie. In 1887 gaat hij naar de nationale zwemwedstrijden, waar alle clubs hun sterkste zwemmers heen sturen. In feite zijn dit de voorlopers van de NK’s, waarvan de eerste officiële editie pas in 1920 zal worden gehouden. Lubertus doet het goed bij deze ‘nationale’, met een 2e prijs bij het 160 m buikzwemmen (10 juli, Leiden), een 3e prijs op dezelfde afstand (4 augustus, Gouda) en een 2e prijs bij het duiken (29 augustus, Amsterdam).
De zwemmende bakkerszoon bereikt in 1888 onmiskenbaar zijn sportieve top. Op 31 juli haalt hij in Gouda een 2e prijs bij het 160 m buikzwemmen en een 1e prijs bij 40 m rugslag, 80 m rugslag, duiken en gekleed duiken. Bij de internationale zwemwedstrijd op 18 augustus in Amsterdam, die een NK-karakter krijgt doordat er geen buitenlandse zwemmers op afkomen, pakt hij het goud bij de 600 m buikzwemmen (‘koningsafstand’ in open water). En de volgende dag doet hij hetzelfde bij het grote waterfeest, eveneens in Amsterdam, bij de 240 m gekleed buikzwemmen en de 80 m rugslag. Bij zijn terugkeer in Gouda wordt hij bij zijn GZC als een held onthaald.
‘En toen de heer L. E. Beszelzen (bekend rugzwemmer) uit Amsterdam als kampioen van Nederland terugkwam: “De oude zwemmeester Groenendaal was er trotsch op dat in het Goudsche bad zoo’n zwemwonder was opgekweekt, hield een toespraak en begon een vroolijk deuntje op z’n viool te spelen en toen ging het in optocht het bad rond. De zwemmeester met de viool voorop, dan de kampioen Beszelzen met takken en bladeren van de struiken van het bad gelauwerd en daarachter het bestuur, de zwemmers en de bezoekers van het bad.” *
Beszelzen stopt letterlijk op zijn hoogtepunt, want in 1889 en daarna zal hij niet meer aan wedstrijden meedoen. Hij neemt op 7 februari 1890 de zaak van zijn vader aan de Gouwe over (inmiddels nr. 65) en trouwt op 19 februari met de Reeuwijkse Neeltje Kruijt. De sportieve bakkerszoon wordt volwassen en het zwemmen is verleden tijd. Het stel krijgt drie kinderen: Sophia (1890), Nellij Luberta Enrica (1893) en Bessel (1898). Onze bakker houdt zijn zaak twintig jaar aan de Gouwe, maar op 30 maart 1910 koopt hij voor ƒ 1.800,- twee bovenhuizen met een pakhuis aan de Vest 42, 44 en 46 en verhuist zijn broodbakkerij naar dit adres.
Zijn winkel houdt hij wel op Gouwe 170 aan en tijdens WO I wordt dit 176. In oktober 1928 gaat hij met pensioen en draagt zijn zaak over aan J. van Aalst. Hij verhuist vervolgens naar de Burgemeester Martenssingel 66.
Lubertus Enicus Beszelzen overlijdt op 19 september 1946 in Gouda op 81-jarige leeftijd; zijn vrouw Neeltje Kruijt is reeds op 30 maart 1922 overleden, slechts 56 jaar oud. Op de Oude Begraafplaats liggen de zwemkampioen en zijn vrouw gezamenlijk in graf A.v.06.
* Uit ‘De Goudsche Zwemclub 1886-1926’, in Goudsche Courant, 24 juni 1926,
Mooi verhaal over het zwemmen in de goede, oude tijd.
Rond het Zwembad, waarschijnlijk aan de Houtmansgracht.