Dinsdag 29 januari 2013 kwam de handbalvereniging Vires et Celeritas (“Kracht en snelheid”) in de Theaterzaal van de Bibliotheek bij Goudanet aan tafel. Vires werd op 10 maart 1928 opgericht, oorspronkelijk als gymnastiek- en atletiekvereniging en bestaat dus binnenkort 85 jaar. Een mooi moment om de historie op Goudanet vast te leggen. Interviewer Hans Walthie kreeg zes oudgedienden voor zich op het podium, die zich eerst van links naar rechts even voorstelden.
Ronald van Zwienen (57): op zijn 16e (1970) via schoolgenoten bij Vires terecht gekomen.O.a. 20 jaar voorzitter en selectietrainer. Doet nu nog het barbeheer.
Hans Rietveld:, op zijn twaalfde lid geworden in 1948 met een grote groep van de Mulo. Was o.a. acht jaar voorzitter (1966 -1974). Gestart met atletiek (nationaal bekend als hoogspringer), later is het handbal erbij gekomen.
Jan van Houten: lid sinds 1957, kreeg het Viresvirus van zijn ouders met de paplepel kreeg ingegoten. Zijn vader was één der oprichters en heette ook Jan. Het was thuis dus een echte janboel, waarbij het Vires was wat de klok sloeg. Mijn vader was penningmeester en ik kan me niet herinneren dat er ooit een tekort aan financiën was, ook niet inde crisisjaren.
Nico Hoogendoorn: lid geworden in 1950 op zijn veertiende. Deed aan atletiek en ’s winters aan handbal. Er waren toen nog geen junior teams, dus speelde al jong met de senioren. Je had toen alleen nog 11-handbal op een heel voetbalveld, dus moest je grote afstanden lopen en dan kwam het goed uit als je atleet was.
Annie Okkerse: lid op haar 13e, meestal aanvoerder van haar teams. Heeft niet in het bestuur gezeten, maar haar man wel.
Henk Sluiter: lid sinds zijn 23e. Lid van diverse commissies geweest (Redactie-, handbal- en jeugdcommissie).
Hoe was het in de periode kort na de Tweede Wereldoorlog?
Nico vertelt dat ze speelden op een veld aan de Waaiersluis in de uiterwaarden. Er was geen stromend water, dat werd gebruikt uit de IJssel. De plee stond boven een sloot. Het veld was erg hobbelig; je had sterke enkels nodig. Er ontstonden ook in die tijd veel huwelijken, want Vires had nu eenmaal een dames en heren afdeling. ook de kinderen werden dan weer mee genomen die zo al vroeg met het handbal kennis maakte. Daar zijn goede spelers uit voort gekomen. Annie herinnert zich dat na het handballen ook vaak aan atletiek gedaan werd. Je deed dat allemaal samen. Veel atletiekafdelingen hingen er maar een beetje bij, bij de voetbalclubs, maar bij Vires niet. Jan vult aan dat de atletiek erg versnipperd was over veel verenigingen en omdat er in Gouda geen sintelbaan was, hing de atletiek er maar een beetje bij. Hans meldt dat er wel fusies geweest zijn met Ter Gouw en Velocitas, die aan Vires zijn toegevoegd. Ronald kwam met een groepje van de Gunningmavo. Grote talenten als Nanne Prevoo en Ad Bouwer trokken de rest mee.
Annie vertelt dat ze haar man ook bij Vires is tegengekomen. Ze kregen drie kinderen die ook zijn gaan handballen, al is haar zoon later overgestapt op voetbal. Haar man is halverwege de jaren vijftig gestart met het opzetten van een jeugdafdeling. Het 11-handbal liep terug en uiteindelijk is ook Vires overgestapt op het 7-handbal in de zaal. Jan vertelt dat eind jaren vijftig de uit-en thuiswedstrijden gespeeld werden in Rotterdam in de Ahoy-hal, want Vires had in Gouda geen zaal. Later kwam daar in Rotterdam de Energiehal bij. Midden over het veld liep een tegelpad.
Hans Walthie vraagt zich af of Vires op dat moment niet meer een Rotterdamse club was?
Hans Rietveld legt uit dat Vires toen in de afdeling Rotterdam speelde, vandaar deze keuze. Veel van de tegenstanders bestaan nog steeds. De atletiekafdeling stierf in die tijd een langzame dood. Hij was zelf één van de laatste actieven en wel als hoogspringer en Hennie de Bruin en haar zus waren goede speerwerpsters. De man van Hennie, Cees Brem, de bekende voetballer, heeft ook nog gehandbald. Hij was wel goed, maar had niet de juiste mentaliteit.
Hoe lang heeft Vires in Rotterdam gespeeld?
Henk zegt dat men in het begin van de zestiger jaren is gaan spelen in de net gebouwde sporthal De Springers. Met deze eerste sporthal in Gouda trokken de binnensporten aan. bij thuiswedstrijden was de tribune afgestampt vol. Er kon zelfs een gulden entree geheven worden. Toen was het definitief over met de atletiekafdeling. Je had alleen nog V&AV Gouda, later als de zelfstandige AV Gouda. Jan vult aan dat de openingswedstrijd in De Springers gespeeld werd tegen de Franse club Olympic Betancourt. Dat het Franse handbal toen en nu een stuk sterker was bleek wel, want Vires kreeg een pak slaag. Vires speelde toen in de tweede klas van de afdeling Rotterdam.
Nico meldt dat er toen ook een volleybalafdeling kwam, eem modesport, met mannen als Hans Reinaart, Lex van de Ham en Gerard Rijnsburger.
Ronald vertelt dat deze afdeling apart gegaan is, eerst als Gouwelanden en daarna als Servylo.
Walthie vraagt hoe de contacten met de gemeente waren in de loop der jaren
Hans Rietveld had in zijn tijd als voorzitter goede contacten met Houdijk, die voorzitter was van de Sportstichting. Daardoor hebben we ook een sporthal gekregen.
Nico vertelt dat ze niet eens een gemeentelijk veld hadden. Het veld aan de Waaiersluis werd door de eigenaar verkocht aan de Electriciteitsmaatschappij. Vires probeerde te verhuizen naar de uiterwaarden aan de overkant, waar nu de Jeu de boules accomodatie ligt, maar dat lukte niet. De gemeente en de provincie werkten niet mee, vonden het aantasting van de natuur. Nu liggen er allmaal sportvelden! In die tijd was de gemeente helemaal niet sport-minded. Toen heeft Vires als overbrugging bij diverse voetbalverenigingen gespeeld. Tot 1964, toen het een eigen veld aan de Groen van Prinsterersingel kreeg.
Jan vertelt dat Vires in 1944 het veld aan de Waaiersluis huurde van meneer Dogterom voor 350 gulden per jaar. De afmetingen waren 67 bij 135 meter en de verpachter mocht volgens het contract nog wel vee weiden, maar geen koeien. Toch lagen er regelmatig koeienvlaaien op het veld die eerst opgeruimd moeten worden om niet uit te glijden.
Nico herinnert zich dat veld nog goed als jongen. Er hing een bord aan de “toko”(houten gebouwtje voor versnaperingen) waarop stond “Morgen gratis drinken”. Maar aangezien dat bord er de volgende dag nog steeds hing, is het er nooit van gekomen.
Hoe zat dat met die toneelafdeling?
Jan vertelt dat de toneelafdeling in 1940 is opgericht door Wim van Zevenhoven van het gelijknamige garagebedrijf aan de Spoortunnel. Hij en zijn vrouw waren de dragende krachten. De feestavonden werden altijd in een zaal gehouden, zoals Kunstmin, Concordia en later het Veemarktrestaurant. Soms had je ook een gymnastiek opvoering met een conferencier. De feestavonden duurden altijd tot 4 uur ’s nachts. In De Beursklok werd het 25-jarig bestaan gevierd en de gemeentelijke regels waren dat het feest voor 10 uur afgelopen moest zijn of ná 4 uur de volgende ochtend. Nou, dan wist je het wel. De toneelgroep was ook weer een club apart. De avonden waren zo populair dat mensen speciaal donateur werden van Vires om verzekerd te zijn van een toegangsbewijs. Nico vertelt dat hij na het overlijden van Van Zevenhoven van diens weduwe het hele archief van de toneelafdeling heeft gekregen. Hij heeft dat gebracht naar het Streekarchief. Van Zevenhoven was nogal vermogend en hij werkte daarom altijd met de beste grimeurs en regisseurs. En er was altijd bal na. Annie herinnert zich dat er altijd vermaarde artiesten optraden, zoals een keer Corrie Brokken. Jan zegt dat er altijd veel enthousiasme was onder de leden van Vires om iets op poten te zetten. Zo hebben we ook een wandelafdeling gehad die 10 tot 12 wandelingen per jaar organiseerden.
Nico denkt dat dit komt omdat heel veel verschillende mensen lid waren met allerlei eigen interesses.
Familievereniging
Ronald vertelt dat Vires altijd een familieclub is geweest; ook spelen er weer veel kleinkinderen van de hier aanwezigen bij Vires. De sfeer is er dan ook altijd goed. Henk vertelt dat hij met een heel talentvol jeugdteam naar de Nederlandse kampioenschappen in Helmond is geweest, met jongens als Bert Bouwer, Adrie Spruit, Nanne Prevo, Pietje Bouwer, Ton de wit en Wim Zielhorst als trainer. Hij was toen begeleider. Het team werd vijfde van Nederland. Deze kwaliteit zette zich daarna voort richting de heren senioren, waarnaar toen 300 tot 400 man in De Springers kwamen kijken. Later is men verhuisd naar sporthal De Mammoet en toen kwamen er nog meer mensen kijken. De dames hikten in die tijd tegen promotie uit de afdeling Rotterdam aan en trokken 400-500 toeschouwers per wedstrijd. Er zijn uit die succesvolle lichtingen diverse spelers overgestapt naar topclubs als Hermes, Hellas en Niloc.
Incidenten?
Gevraagd naar het gebeuren van incidenten, vertelt Hans dat dit in het verleden ook wel voorgekomen is, vooral bij de heren, zoals uit bij Snelwiek. Annie zegt dat het er bij de dames wel fel aan toe ging, maar over het algemeen was het wel rustiger dan bij de heren.
Nico meldt dat er wel spelers bij waren die konden uitdelen. Je moest dan op tijd bepaalde figuren eruit halen, anders schoot het door. Coaches moeten gewoon eerder ingrijpen, dan blijft het beheersbaar.
Hoeveel teams?
Jan vertelt dat dit altijd met pieken en dalen ging. Meestal hadden we twee juniorenteams, maar na promotie hadden we er ineens vijf. Die promotie deden we via de toenmalige Sportstichting (nu Sport. Gouda) die clinics organiseerden, ook met handbal. We moeten het vooral hebben van jeugdleden die vriendjes en vriendinnetjes meenemen. Nu hebben we weer een dipje, met 1 heren, 1 dames (inmiddels kampioen), 1 heren junioren team en wat jeugdteams.
Wat betekende de verhuizing naar sporthal De Mammoet?
Ronald: op zich is dat prima, alleen nu sporthal De Springers gesloten is, is het weer vechten om een trainingsplekje. De spelers blijven ook minder lang hangen. Nico meent dat het nu anders is dan vroeger, men heeft zoveel andere dingen te doen. Je mag al blij zijn als ze komen trainen. De hechtheid is een stuk minder en men heeft ook geen tijd om te blijven hangen. Annie vertelt dat je vroeger samen onderweg was met de trein en dan bleef je als groep bij elkaar. Nu worden de kinderen opgehaald door de ouders en gaan ze gelijk weg. Henk vult aan dat er nu ook minder getraind wordt. Nico vindt dat dit geldt voor het hele verenigingsleven. De beleving is anders. Vroeger was je de hele dag samen onderweg. Nu hebben ze maar een paar uur. Hans stelt dat er vroeger meer supporters waren en meer inzet van de leden. Ronald vertelt dat Vires door wethouder Van Huut gevraagd is te verhuizen. De gebouwtjes aan de Groen van Prinsterersingel werden te oud. De samenwerking met de gemeente rond die verhuizing was goed. We hebben toen maar de stap gezet, onder het motto, we zien wel waar het schip strandt. De wethouder wilde niet dat we een eigen kantine zouden krijgen, maar dat kon financieel natuurlijk niet. Daarom hebben we het eigen clubgebouw gebouwd achter ons veld naast De Mammoet. We zijn trots op ons clubhuis. Ook de wandelsportvereniging DES organiseert er zijn wandelingen vandaan. De jeugd trekt ook weer aan, nu zes teams op zaterdag. We zijn weer op weg naar de 100 leden. Na 20 jaar voorzitterschap had Ronald daar genoeg van. Nu doet hij de kantine-inkoop nog. Hij vindt dat de gemeente een zak met geld moet vinden om de jeugdsubsidie terug te brengen.
Heeft het handbal in Gouda toekomst?
Jan: zolang er mensen als Ronald er zijn, zal het handbal nooit uit Gouda verdwijnen. Hans signaleert dat het handbal in het buitenland alleen maar meer gespeeld wordt en beter wordt. Dan zal Nederland toch niet achterblijven? Ronald vertelt dat veel toppers uit Nederland in Duitsland spelen voor veel publiek. De sport is ook groot in Frankrijk en Spanje en de Scandinavische landen. Annie is er van overtuigd dat Vires zeker de 100 jaar gaat halen, ook omdat de omstandigheden zo verbeterd zijn. Je hoeft nu niet meer naar de boer en het elf handbal op een groot veld bestaat niet meer.
Laatste vraag: wat was één van jullie leukste, boeiendste Vires-momenten?
Henk Sluiter: dat was het 75 jarig bestaan. We wilden dat wel vieren, maar we hadden weinig geld. We hebben toen van alles georganiseerd om geld te verdienen en uiteindelijk kwamen de oud-leden vanuit het hele land. Dat randgebeuren hoort bij de vereniging.
Annie Okkerse heeft Piet de Bruin vaak als leider/trainer gehad. We gingen zelfs op schoolpleintjes trainen met hem. Heel inspirerend!
Voor Nico Hoogendoorn was dat de tijd dat hij in het vierde speelde, niet meer in de top dus. Dat was ontzettend leuk, we knokten ons rot. Bij winst was het na afloop echt feest. We waren inmiddels oude zakken of konden er niets van, maar we wilden erg graag en hadden er veel plezier in.
Voor Jan van Houten was dat de tijd bij de Waaiersluis. We hadden daar een veld gehuurd, een kleedkamer gemaakt en een Toko en een WC boven een sloot. Er was geen wasgelegenheid, Hij zette toen een comité op poten voor een watertank met emmers, het zogeheten `Zwarte Voeten Fonds`. Je kon intekenen met wat je ervoor over had. Dat was een leuke tijd. Later hebben we stromend water gekregen. Het ging hem om de gezelligheid en de saamhorigheid. Nu geniet hij weer van de wedstrijden van zijn kleinkinderen, schitterend, hij slaat geen wedstrijd over.
Hans Rietveld ging altijd bij de jeugd kijken. Zag iemand invallen, die bleek verschrikkelijk goed. Zag gelijk aan de balbehandeling, die kan het. Dat was Nanne Prevo.
Ronald van Zwienen is gestopt op 27-jarige leeftijd als speler en is toen de dames gaan trainen die gelijk tweemaal gepromoveerd zijn. Dat was fantastisch natuurlijk. Ook herinnert hij zich nog de autoloze zondag. Heren 2 speelde uit en Cees Brem kende iemand met een touringcar, die mochten wel rijden. Hij vergeet nooit de grote ogen van de tegenstanders toen dit team met de bus aan kwam zetten. Ook niet te vergeten een leuke trip naar Luxemburg, waar we buiten sliepen in tentjes. Er zijn zoveel mooie herinneringen.
Hans de Graaf uit het publiek mengt zich in het gesprek. Hij heeft iets gemist en wel de familiedagen die je vroeger had. Dan kwamen alle afdelingen, die normaal weinig contact hadden, bij elkaar en wel bij de Waaiersluis en dat was erg leuk. Hans R. beaamt dit. Ronald vult aan dat die familiedag nog steeds bestaat als afsluiting van het seizoen. Dan speelt de jeugd wedstrijden, is er een barbecue en wordt ook de Ruud Adema-bokaal uitgereikt.