Donk 1952

Bergambacht – DONK 0-1

Staand v.l.n.r.: S. Dekker, Th. Verbeij, B. Heerkens, H. Brouwers, B. de Goeij, H. Ricken en L. de Knoop.
Knielend v.l.n.r.: G. Massar, F. Hulst, J. Bakker en Th. De Jong.

 

D.O.N.K. WEER IN DE K.N.V.B.

zondag 6 april 1952

Krachtsverschil werd in één goal te zwak uitgedrukt

Bergambacht had evenmin schutters

 

 Vijf en dertighonderd toeschouwers – – ’t was een drukte van belang op het op het Olympia – terrein – zijn getuige geweest van een moeilijke terugkeer van DONK naar de Kon.Ned. Voetbalbond. Tot de laatste aan seconde is er onzekerheid geweest en dat was feitelijk erg verwonderlijk, want de Goudse superioriteit bestond niet de minste twijfel. Door zijn onmacht om meer dan één doelpunt te maken haalde DONK zich veel meer zorgen op de hals dan nodig was. Het was zeer beslist de beste en won dubbel en dwars verdiend, maar daar het verschil op het scorebord maar één doelpunt bleef, behield Bergambacht de hoop op de zo belangrijke gelijkmaker. En die hoop schonk de ijverige Bergambachtenaren de kracht tot een fel slotoffensief onder het motto “alles op alles”, een eindspurt, die DONK voor grote problemen stelde en alle inspanning vroeg om aan de verlenging met al haar ongewisheid te ontkomen.

Slechts drie man in de voorhoede
Deze beslissingswedstrijd om het kampioenschap, van de Afdeling Gouda had sterk tot de verbeelding gesproken. Er zullen maar zelden afdelingswedstrijden onder zo grote belangstelling worden gespeeld. Het publiek is zeker aan z’n trek gekomen. Zeker, er kleefden genoeg onvolkomenheden aan het spel, maar niettemin is het een aardige wedstrijd, levendig en spannend, geweest, die op een bevredigend peil stond. Er zat al direct gang in. In een opvallend hoog tempo werd gestart en er werd aan weerskanten gewerkt, dat het een lust was.

Van stond af aan gaf DONK de toon aan. Het kreeg daartoe een flinke steun van de Krachtige wind, die de bal heel wat gemakkelijker naar het Bergambacht-doel bracht dan naar de overzijde. Maar het zat toch niet in de wind alleen. DONK had aan techniek meer in zijn mars en ook was het elftal beweeglijker. Het liet gedragen door een verkwikkend enthousiasme, een fris en kwiek spelletje zien. In hoop tempo en met een goede aanvulling van de linies en een bevredigend samenspel drong het Bergambacht terug. Een ouderwets kanjer van de inspirerende spil TH. De Jong – die met zijn onvermoeid zwoegen gedurende de gehele wedstrijd een sterke morele steun voor zijn ploeg was – suisde al spoedig maar net over het doel en gaf de toeschouwers hoop voor de verwachting: nu gaat het beginnen.

Geen feeling
Maar het begon niet. DONK miste de feeling om gaten te maken. Op twee punten schortte het. In de eerste plaats was het, daar het toch van de doelpunten moest komen, verwonderlijk dat de Goudse aanval niet als een eenheid optrok. De binnenspelers bleven veel te ver achter. Dat gaf wel een sterke beheersing van het middenveld, maar betekende tevens een aanmerkelijke verzwakking van de aanvalskracht. Met zo’n windvoordeel en met zo’n overwicht had DONK alles op de aanval moeten zetten. Hier lag de kans om reeds in de eerste helft de wedstrijd te beslissen. Maar de Gouwenaars voelden het blijkbaar niet aan. Daarbij kwam, dat veel te veel door het midden werd gespeeld. ’t Was een vast pandoer, dat gebied midden voor het doel terecht kwam. DONK spande als het ware zelf de fuik. Waarin de Bergambachtse verdediging haar tegenpartij met grote virtuositeit ving. Daar stond voor betrouwbare doelman Den Toom een hecht defensief blok van de drie gebroeders Graafland, die het wel druk en ook niet altijd gemakkelijk hadden, maar rustig en beheerst het heft in handen hielden. Schieten was voor de Gouwenaars nu de bal door de wind zo’n vaart kreeg, het recept geweest, maar de belofte van dat ene schot van De Jong werd niet ingelost. Bergambacht moest het van uitvallen hebben en daarbij schoof de snelle linksbuiten v. d. Berg een keer gevaarlijk door de Goudse defensie, maar het schot ging naast.

Doelpunt met hulp
Na een goed kwartier kwam het doelpunt, dat DONK de overwinning zou brengen. Het was een gelukkig doelpunt. Een DONK – verdediger had, terwijl een speler geblesseerd lag, de bal over de zijlijn geplaatst. Het was geen opzettelijk uittrappen, meer een afzwaaier bij het verwerken. Maar goed, de Bergambachtse half was zo sportief het leder, toen de geblesseerde speler weer stond, naar een tegenstander te werpen.
Naar een ongedekt staande tegenstander, die er van profiteerde, dat Bergambachts defensie een opstellingsblunder maakte door een groot gat niet op vullen. Meteen gaf de DONK – man door naar zijn midvoor’s. Een korte dribbel met verdedigers op zijn hielen en vallend schoot Brouwers langs de uitlopende doelman in het verlaten doel. ( 0-1).
Direct was DONK terug. Het had nu de gunstige gelegenheid door te drukken, maar door dat onjuiste spel van de voorhoede verzuimde het van de kans te profiteren. De aanvalskracht bleef te week om de stoere Bergambachtse defensie tot capituleren te dwingen. En zo bleef het bij de magere voorsprong, die veel te zwak het overwicht uitdrukte.

‘B’ bacht kwam niet
De Bergambachtse supporters hadden er best vrede mee en liepen met gezichten rond van: nu komen wij. En de aanhang van DONK was er bang genoeg voor, dat Bergambacht met het windvoordeel hoog van de toren zou gaan blazen.
En toen al spoedig na de hervatting Van Eijk uit een vrije trap een kogel loste, die maar net over de veste van doelman Hulst ging, leek dat de Bergambachtse beurt in te luiden. Dat verwachte krachtsvertoon van de Bergambachtenaren kwam echter niet. Eensdeels zorgde DONK daar voor. Het Goudse elftal bleek zich bewust van de regel dat aanvallen de beste manier van verdedigen is. Het gooide zich onvervaard in de strijd en het trok zo snel en handig er tussenuit, dat voor het Bergambachtse doel de gevaarlijkste momenten ontstonden. Had rechtsbuiten Bertels met een beheerst schot de twee opgelegde kansen kunnen afwerken, dan zou de beslissing snel gevallen zijn.
Maar Bergambacht zelf bleef toch ook beneden de verwachtingen. Het spel van dit elftal had vooral een statisch karakter. De spelers trapten wel stoer, maar dat flitsende en verrassende, dat een aanval zo gevaarlijk kan maken, ontbrak. Het elftal moest het meer van de toevallige kans hebben, dan dat het er een in overrompelende stoot kon opbouwen. Het spel was te brokkelig, te veel op hoop van zegen. In deze tweede helft werden de Bergambachtenaren gewogen en te licht bevonden. In plaats van het verwachte sterke overwicht zag het publiek gelijk verdeelde krachten met DONK zelfs als de gevaarlijkste.

 

Spannend slot
In het laatste kwartier kwam het er bij Bergambacht toch van. De Gouwenaars gingen het er op aanleggen, hun voorsprong te consolideren. Bergambacht trok op met de backs dikwijls op de helft van het veld. Gevolg: een opeenhoping van spelers en weinig gaten. Dat nam intussen niet weg, dat DONK nu de kwade vruchten van zijn bonproductiviteit had te plukken en met de rug tegen de muur moest verdedigen. De backs Bakker en Massar grepen echter re4soluut en beheerst in, al was het een keer maar een ernstige ervaring, toen dit een bij de hoekvlag wegens buitenspel genomen vrije trap de bal op de wind zo afzeilde, dat het een schot op eigen doel werd. Bergambachts linksbuiten v.d. Berg was naar binnen verhuisd, maar hij kon evenmin door de muur breken, die ook de zeker werkende doelman Hulst en de zwoegende De Jong tot een hecht bolwerk bouwden. Nee, de doelpunten waren duur en hoe klein ook de afstand tot de gelijkmaker was, Bergambacht kon er niet komen. Het verre schot, het bleef ook hier uit.

Hands?
Vlak voor het einde protesteerde heel Bergambacht voor een strafschop. De Jong van DONK raakte, toen hij vlak voor doel naar de bal rende, het leder met de arm, toen dit vlak voor hem opstuitte. Hands riep Bergambacht, maar de scheidsrechter had het niet gezien en de neutrale grensrechter, wiens advies werd gevraagd, evenmin. Had de scheidsrechter – die een compliment verdient voor zijn gedecideerde leiding in deze moeilijke wedstrijd – het wel gezien, dan zou hij zeker geen strafschop hebben gegeven. Stellig heeft de DONK-speler hands gemaakt, maar alleen de opzettelijke overtreding mag gestraft worden.
Dat betekent, dat hij met hand of arm een opzettelijke beweging moet maken en dat deed. De Jong niet. De aanraking was door het stuiten van de bal toevallig. Het publiek is in zo’n geval geneigd te zeggen: hij had er toch voordeel van. Maar dat speelt geen rol, alleen de opzet beslist. Dat Bergambacht protesteerde is intussen een zeer begrijpelijke reactie: dat doet heus alk elftal in een spontane opwelling en het is van zijn gelijk overtuigd bovendien.

Schandelijk was het, dat onmiddellijk na het eindsignaal, toen het veld overstroomd werd door juichende DONK – supporters, die enthousiast van hun blijdschap uiting gaven, iemand in zijn woede de grensrechter, na wiens advies de scheidsrechter het appel voor strafschop afwees, een trap gaf. De grensrechter werd aan de knie geraakt en moest van het veld gedragen worden. Na verbonden te zijn, is hij in het ziekenhuis behandeld. De politie nam het gebeurde in onderzoek.
Dat was een naar incident, ook voor Bergambacht en dat was jammer voor een club, die door haar sportieve opvattingen zelf deel ha aan DONK’s doelpunt en welke voorzitter onmiddellijk na het eindsignaal het veld opstapte om DONK met een krans te huldigen.
Bergambacht zag van een protest na afloop af en toen kon de huldiging van DONK beginnen. Aan de krans van Bergambacht voegde het bestuur van de Afdeling Gouda een bal toe. Dat ’s avonds werd in Concordia een receptie gehouden, waarop o.a. de bestuursleden van de Goudse voetbalclubs DONK kwamen gelukwensen met zijn terugkeer naar de K.N.V.B. DONK’s voorzitter de heer TH. Arts, vroeg de spelers zich te blijven inspannen om hun club de plaats te geven, die haar toekomst als men bedenkt, dat de kampioen zeven senioren en zeven junioren elftallen heeft er over een goede terreinaccommodatie beschikt.

 

bron: Goudsche Courant 1952, typewerk: Joke Loendersloot, realisatie. Cees Vermeulen

Uit D.O.N.K.’s historie
In oktober 1920 is op initiatief van pater A. v.d. Donk O.F.M. en de huidige erevoorzitter J. Kasbergen de R.K. sportvereniging DONK opgericht. De vereniging telde meteen 57 leden. Er werd hard naar een naam gezocht. Toen kwam DONK uit de bus. “Doelt Onversaagd Naar Kampioen”, een naam, die niet alleen het streven uitdrukt, maar ook een blijvende hulde wil zijn aan pater v.d. Donk.

Tot mei 1921 werd hard gewerkt aan de aanleg van een voetbalveld aan de Graaf Florisweg, op de plaats waar nu het Sint Jozefpaviljoen staat. Er was veel te doen voor de eerste wedstrijd DONK – DHI, kon worden gespeeld. De kleedgelegenheid was primitief, een schuurtje van het type, Stoot je hoofd niet en een wasgelegenheid bestaande uit elf schalen water op een wankel plankje.

In hun vrije tijd werkten de leden, door, Steeds werd er iets verbeterd, tot er een keurig kleedlokaal stond. Op 3 januari 1928 verhuisde DONK naar de terreinen aan de Bodegraafsestraatweg. Daar woonde het tot 1950. Op 14 oktober 1950 werd het keurige sportpark aan de Julianasluis in gebruik genomen.

In de eerste jaren kwamen de Gouwenaars met vier elftallen uit. Het eerste speelde in de eerste klasse van de D.H.V.B. In het seizoen 1923 -34 promoveerde het R.K.F. en in 1930 promoveerde het naar de eerste klasse. Later kwam DONK weer in de tweede klasse.
Bij de fusie van de voetbalbonden kwam DONK in de vierde klasse K.N.V.B. Vorig jaar degradeerde het eerste elftal – DONK was intussen uitgegroeid tot een , sportorganisatie met achtafdelingen met tezamen meer dan duizend leden, van wie de voetbalafdeling er de meeste heeft – naar de eerste klasse van de Afdeling Gouda. Na veel spanning gaat het nu terug naar de K.N.V.B.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.