Uit de serie Goudsch van Oud: Goudsche Courant 12 december 2001, met aanvullingen
Door Ton van Wieringen

Peter Prevo schopte het tot het derde elftal van GSV, maar zijn broers Ab, Nanne en Renke klommen hoger op de sportieve ladder. Weliswaar woonachtig aan de Koningin Wilhelminaweg in De Korte Akkeren werd gekozen voor GSV. Dat kwam omdat vader Piet voorzitter was van de groen-witte club. Piet Prevo leidde de verhuizing van de Bodegraafsestraatweg naar de Sportlaan. Hun volle neven Piet de Gruyl en Leo Hofstede kwamen wel bij ONA terecht. ,, Sport zit in ons bloed”, zegt Ab. ,,Het sprak vanzelf dat we met vader meegingen naar GSV. Pa overleed in 1981 aan een hartinfarct. Op het GSV-veld”.
Ab kwam na de junioren meteen in de hoofdmacht van GSV dat promoveerde naar de hoogste (eerste) klasse. In dit elftal trok de veel scorende tandem Piet de Jong – Cees Brem de meeste aandacht. Tot de selectie behoorden ook keeper Ton Everling, Piet de Brok, Ton de Boom, Cor Vergunst, Nico Schouten en Puck Noorlander. ,,Onder leiding van trainer Hegemans speelden we tegen sterke teams als UVS, Gouda, Xerxes en De Musschen”, herinnert Ab zich. ,,Het ontbrak ons niet aan conditie en mentaliteit, maar we moesten de eerste klasse na één seizoen verlaten”. Tot zijn 36e bleef Ab als linksback deel uitmaken van GSV’s keurkorps.

Renke Prevo draafde al heel jong op in het eerste van GSV. De gemakkelijk scorende aanvaller speelde proefwedstrijden voor FC Utrecht en Feyenoord, maar ging door bemiddeling van doelman Ton Thie in 1981 naar FC Den Haag. ,,Het was een enorme overgang van de vierde klasse naar de hoogste profafdeling”, zegt Renke. ,,Een keiharde wereld. Ik scoorde drie keer in de eredivisie en was vooral productief in het tweede. Alle grote stadions heb ik van binnen gezien. Ik speelde tegen Johan Cruijff en Pim Doesburg. De supportersrellen temperden mijn voetbalplezier. Mede door de ziekte van Pfeiffer was het betaalde avontuur reeds na twee jaar verleden tijd”. Terug bij GSV werd Renke verenigd met 12 jaar oudere broer Ab. Vervolgens stapte Renke over naar DONK. Achteraf: ,,Ik was beslist geen sjouwer, maar wel een momentenvoetballer met een voorliefde voor technisch voetbal”.

Nanne droeg veelvuldig het oranjeshirt als handballer. Op zijn 14e meldde hij zich aan bij Vires et Celeritas omdat veel jongens en meisjes uit zijn buurt dit ook deden. Nanne wilde wat anders dan voetbal. Bert Bouwer die dichtbij woonde in de Schaepmanstraat, dacht er net zo over. Via hem kwam Prevo bij het Haagse Hermes terecht. ,,Bert die later als (bonds)coach successen vierde en eerder als international, vroeg me of ik meer uit mijn sport wilde halen”, legt Nanne uit. ,,Dat wilde ik wel en dus vertrok ik naar Den Haag”. Een driejarenplan gaf hem de tijd om te acclimatiseren en door te breken. Jong Oranje lijfde hem al snel in. Hij kwam 23 keer uit in Jong Oranje en 48 maal in het ‘grote’ Oranje. Binnen het gezin Prevo draaide toen alles om de handbalinternational. ,,Vonden wij niet erg”, aldus Renke. ,,We waren juist trots op hem en zaten zo vaak als mogelijk op de tribune. We wilden niets missen. Thuis heerste er een perfect sportklimaat”.

Met onder anderen Hans Beugel, Ron de Jonge en Bert Bouwer werd Nanne landskampioen. Het jeugd WK in Zweden maakte hij mee evenals het WK voor senioren in Frankrijk. ,,Ik speelde op allerlei posities”, geeft Nanne aan. ,,Hoofdzakelijk aan de linkerkant. Na een polsbreuk herwon ik mijn oude niveau. Op het WK kwalificatietoernooi in Bulgarije speelde ik de wedstrijden van mijn leven. Gerenommeerde Roemenen en Bulgaren zette ik op het verkeerde been”. Na acht seizoenen Hermes en een jaar Hellas (ook in Den Haag) keerde Nanne Prevo terug naar Vires waar hij tot zijn 38e speelde.
De broers bleven de sport trouw. Ab werd trainer bij SV Gouda-zaterdag en later jeugdvoorzitter van SV Gouda.